ThePostOnline

Geacht bestuur van Windesheim, s.v.p. linea recta twitterrichtlijn invoeren

22-12-2010 22:08

Geacht bestuur van Christelijke Hogeschool Windesheim, onlangs werd ik via twitter zeer ernstig gekrenkt en tot in het allerdiepste van mijn ziel gekwetst door een docent van uw “School of Media”. Ik schrok mij één hoedje, dat zult u begrijpen. Zelf maak ik zelden tot nooit gebruik van deze nieuwerwetse vormen van zogenaamde sociale media, naar mijn mening leiden dat soort nieuwigheden alleen maar tot vervreemding, individualisering en uitsluiting in de maatschappij, maar een collega van mijn werk (i.c. de schrijvende kwaliteitscourantjournalistiek) wees mij woensdag jongstleden op deze nare en laffe daad. U begrijpt dat ik spoorslag mijn naam en de geciteerde verwensingen op Google heb ingetikt en mijn verbazing werd dan ook niet geschetst toen ik in zogeheten “tweets” inderdaad allerhande narigheden over mijn doorgaans beminnelijke persoontje zag staan, als ware het afgedrukt op een soort van fotokopie, nu en voor eeuwig bewaard in de databanken van Google, toch al een instituut dat er mede schuldig aan is dat onze democratie kapot gaat.

Begrijpt u mij goed, geacht bestuur van Christelijke Hogeschool Windesheim, ik heb er helemaal niets op tegen om door een uwer vakkundige docenten zo nu en dan beschimpt te worden. Zulks is tenslotte van alle tijden en deze docenten zijn nog jong en moeten nog een beetje leren hoe het moet, die zogenaamde “sociale” journalistiek bedrijven in dat deksels moeilijke maar immer normloze medium dat internet heet. Maar toch wens ik paal en perk te stellen tegen dit soort gedragingen en uitlatingen.
Als iemand meent iets met mij te stellen te hebben, ik zou haast guitig willen zeggen: één appeltje met mij te schillen heeft, maar ik schrijf deze zogenaamde “brief op hoge poten” natuurlijk niet voor de luim dus laat ik de guitigheid bij dezen liefst achterwege, laat hij (of zij want ook vrouwen kunnen dit doen en ik ben geenszins zo’n “male chauvinist pig” die vrouwen bewust tegen een glazen plafond zou willen drukken noch enige andere minderheid in deze samenleving wil uitsluiten, in principe is mijn gedachtenwereld doorgaans een afspiegeling van de maatschappij en streef ik er naar zoveel mogelijk zorgvuldigheid te betrachten in het stipuleren van kenmerken of vooroordelen van bepaalde kwetsbare groepen, maar dat terzijde) dat dan recht in mijn gezicht doen, desnoods met een kop thee en een opbouwend, verbindend maar de-escalerend gesprek, in plaats van achter mijn rug om op een medium dat voornamelijk wordt bevolkt door de naargeestige erfgenamen van Theo van Gogh.

Roeptoeters
Het kan, als u het mij vraagt en ik ben bij dezen zo vrij dit ondanks het letterlijke achterwege blijven van deze vraag uwerzijds toch ad hoc te postuleren, niet zo zijn dat bepaalde vormen van wat men in de volksmond “sociale media” noemt worden misbruikt als wapen van, laat ik het maar gewoon grof zeggen, schreeuwers en roeptoeters die op elk gewenst moment zomaar zonder enig nadenken of ter zaken doende reflectie hun onderbuik omzetten in al te krachtig taalgebruik en vilein literair ressentiment. Dit moeten wij gewoon niet willen met z’n allen. Dit hebben we toch niet afgesproken in dit land? Op deze manier is het einde zoek. Uit de, recente, geschiedenis zouden we toch de juiste conclusies moeten trekken en ons verstand moeten laten zegevieren over onze onderbuik. We weten per slot van rekening allemaal waar dit eindigt als we dit zomaar wederom laten gebeuren en wij slechts blijven toekijken.

Bovendien geeft het mijns inziens een docent uwer faculteit der journalistiek geen enkele pas zich niet aan de in de Code van Bordeaux opgestelde regels voor zuiver ethische journalistiek te houden. Er is hier noch sprake van enige wederhoor noch van het dubbelchecken bij ten minste twee (2) onafhankelijke bronnen noch van het gebruik van de vijf W’s waaraan in elk correct nieuwsbericht, hoe kort in 140 tekens dan ook, dient te worden voldaan, te weten: Wie, Wat, Waar, Wanneer en What the fuck.
Het is dan ook hierom dat ik deze brief in tweevoud via carbon afdruk en een exemplaar opstuur naar de Raad voor de Journalistiek met het klemmende verzoek toch ten minste de NVJ-journalistenpas van deze brutale vlegel van een docent voor tijdelijk in te trekken. Dat zal hem leren zich onbezonnen zonder enige duiding bezig te houden met onoorbare journalistieke praktijken, praktijken die nauwelijks het daglicht kunnen verdragen en normaal gesproken slechts gemeengoed zijn bij affreus schorriemorrie. De doerak!

Twitterrichtlijn

Aan u, het bestuur van de Christelijke Hogeschool Windesheim, vraag ik u of het wellicht mogelijk is in de toekomst voor alle docenten en medewerkers van uw didactische instelling een twitterrichtlijn in te stellen. Die dan ook met onmiddellijke ingang van kracht zal moeten worden.
Alleen met deze drastische maatregelen kunnen wij nog tegenwicht bieden aan de krachten in onze maatschappij die het fundament onder onze democratie steeds verder aanvreten. Een richtlijn zal docenten in de toekomst immers leren nadenken alvorens zij hun populistische grieven zomaar het wereldwijde web op spuien en daarmee mogelijk talloze lezers grieven, kwetsen, en ongefundeerd maar tendentieus bejegenen..

In antwoord op uw schrijven verblijf ik,
Hoogachtend,
de heer Bert Brussen te Utrecht

P.S.
Sorry voor die dubbele punt aan het einde van de laatste alinea maar het correctielint was op.