Een christen vertelt: hemelse muziek

01-03-2011 09:00

Ooit, zo’n twintig jaar geleden, viel bij mij het muzikale kwartje. Tot die tijd luisterde ik alles wat populair was in de top 40. En uiteraard beviel het ene liedje me beter dan het andere. Maar… in the end maakte het me toch niet zo enorm veel uit. Mijn verzameling koopcassettes – we spreken hier over begin jaren ’90 – bestond uit onder andere Aswad, Simply Red en MC Hammer. Tot het moment dat Blood Sugar Sex Magic van de Peppers, Nevermind van Nirvana en Ten van Pearl Jam een einde maakten aan de onverschilligheid en me opzadelden met een last die ik tot op de dag van vandaag met me meedraag: een ontzettend goede muzieksmaak.

Echter, in de eerste jaren als muzikale liefhebber kwam er ook achter dat ik écht geloofde. Niet langer uit traditie of opvoeding; welnee. Ik voelde het, ik ervoer het. Die periode van adolescentie heb ik ijverig geprobeerd dit geloof te elimineren. Maar hoe hard ik ook probeerde, het werd alleen maar sterker. En zo zat ik plotseling met twee grote liefdes opgescheept: God & Muziek. Twee liefdes bovendien die in sommige relikringen als absoluut onverenigbaar te boek staan. Je kan ten slotte geen “twee heren dienen” luidt het devies. Er bestaat zelfs een videoband – zo’n zwart, dik ding dat in een nog groter zwart ding (een videorecorder) past – onder de poëtische titel They sold their soul for/to Rock ’n Roll. Gegarandeerd meer lachsalvo’s dan een Chevy Chase dvd en meer camp dan Jesus Camp.

En al had ik ook toen al het onderscheidend vermogen om te beseffen dat er geen doodstraf staat op het beluisteren van – jargonalarm – seculiere muziek, toch ging ik op zoek naar christelijk geinspireerde bands en artiesten. Om tijdens mijn – jargonalarm en bovendien een enorme contradictio in terminis – stille tijd lekker naar muziek te luisteren. Op die zoektocht kwam ik van een koude kermis thuis, destijds. Wat was er een meuk op de markt. In navolging wilde ik het tempelplein der christelijke muziek wel in één grote maaibeweging “reinigen”. Want wat trof ik aan? Een groot arsenaal aan tweederangs copycats. ‘De christelijke Guns & Roses’, ‘De christelijke Green Day’ en ‘De christelijke Iron Maiden’. Ongetwijfeld waren de bandleden individueel gezegend met talent, maar niet om als groep gezamenlijk mijn muzikale leven te verrijken. Ken je die aflevering van South Park waarin een band het niet redt in het “gewone” circuit en dan alsnog een succesvolle band wordt: in de reliscene? Exemplarisch voor de jaren ´90 en een deel van de jaren ´0 als je het mij vraagt.

Ik consumeerde de liefde daardoor jarenlang alleen maar seculier. Van grote liefdes als Daryll-Ann, The Strokes en Elbow tot kortstondige amoureuze encounters als Tokyo Police Club en one cd wonders als Gay Dad (echt de moeite waard!) en Simmer.

Maar… bidden helpt! En evolutie bestaat. Zeker op muzikaal vlak. Want de laatste paar jaar ontdekte ik een aantal christenartiesten waar ook ongelovige en agnostische en atheïstische muziekliefhebbers hun tanden eens in moeten zetten. ´Tuurlijk, sommige van deze bands hebben wel erg expliciete teksten over een God die jij vermoedelijk niet met een hoofdletter zou schrijven. Echter, dan loop je muzikaal ook wel het nodige mis. Daarnaast: niet elke hier door mij te pluggen act is superexpliciet over geloof en God of Jezus in hun teksten. Daar weer naast: velen lopen weg met Johnny Cash die regelmatig regelrecht bijbelversciterend zijn albums inzong. Of met artiesten aan wiens teksten al helemaal geen touw is vast te knopen. So, why don’t you give it a try:

Rend Collective Experiment: voor de liefhebbers van veelkoppige, licht-optimistische, rijk georkestreerde pop.

MuteMath: meesters op hun instrumenten, live ongeevenaard en songsmeden van een bovennatuurlijke kwaliteit.
http://www.youtube.com/watch?v=pAtXKS9ZxvM

Phil Wickham: zanger-songschrijver van hoog kaliber. Dromerige popliedjes met gitaar als basis. Giel Beelen draaide hem al eens. Niet dat dat an sich een aanbeveling is.

The City Harmonic: Bouwend op toetsen en vocalen is dit hele gedreven muziek. Toegegeven, de Coldplay-associastie ligt duidelijk op de loer. Maar… dit is stukken beter.

Hemelhoog: Hierbij denkt je als atheïst vermoedelijk ‘OMG, Explicit lyrics’ maar het geeft goed weer hoe relimuziek anno nu ook kan klinken.

The Spirit that guides us: denk aan forse gitaren, zang en een screamer en het plaatje is compleet.

Bedenk daarnaast dat bands en artiesten als At the close of Everyday, Tangarine, Blaudzun en Woven hand niet voor niets in de christelijke muziekwinkels te krijgen zijn. Er is meer. Meer toffe muziek, in dit geval.