Sport

Evans, de man die nooit een grote ronde zou winnen

23-07-2011 20:00

Weet u nog, de afsluitende tijdrit van de Tour de France 2008? Carlos Sastre had dankzij een tactische meesterzet van Bjarne Riis de gele trui veroverd op Alpe d’Huez. Cadel Evans had een achterstand 1.34 op de Spanjaard en rekende erop dat hij dat wel zou ombuigen in de tijdrit. Net als de meeste wielervolgers. Het dragen van de gele trui maakte echter onvermoede krachten los en Sastre reed de tijdrit van zijn leven. Aan het eind hield hij meer dan een minuut over op Evans.

Het leek voor Evans de ‘story of his life’. VRT-commentator José de Cauwer stelde enkele jaren geleden vast dat ‘Cadel Evans nooit een grote ronde zal winnen’. De Cauwer werd vandaag echter glansrijk weersproken. Cadel Evans gooide zijn demonen krachtig van zich af en verwees de notoire niet-tijdrijder Andy Schleck naar de tweede plek in het algemeen klassement.

Toen de Australiër in 2009 op indrukwekkende wijze wereldkampioen werd in Mendrisio was dat een keerpunt in zijn loopbaan. In de regenboogtrui won hij met een prachtige jump de Waalse Pijl en ook in de Giro liet hij een ongekende aanvalslust zien. Evans schudde daarmee het imago van wieltjeszuiger langzaam van zich af. Desondanks kon hij dat ene vervloekte etiket nooit kwijtraken: dat van de renner die geen grote rondes kan winnen. Tot vandaag.

Regelmatige renner
Evans was zonder meer de regelmatigste renner deze ronde. Hij verloor nergens veel tijd, maar wist – met uitzondering van de tijdrit van vandaag – ook nergens grote tijdwinst te boeken. Andy Schleck daarentegen maakte een paar kardinale fouten. Op de eerste plaats overschatte hij zijn krachten toen hij gisteren op de eerste col meesprong in het wiel van Alberto Contador. Hij had er beter aan gedaan alleen op Evans te letten – van Contador viel in het algemeen klassement immers weinig meer te vrezen. Daarnaast verzuimden de Schlecks de tijdrit van vandaag op voorhand te verkennen. Cadel Evans daarentegen had exact hetzelfde parcours al afgelegd in de Dauphiné en kende dus elke bocht en elke bult.

Cadel Evans was, is en wordt nooit een grote publiekslieveling. Daarvoor is hij te saai en komt hij te nurks over. Evans is als de duffe collega die weinig geestdrift losmaakt, nooit een creatief idee heeft, zelden opvalt in vergaderingen maar er aan het einde van de rit met de promotie vandoor gaat. Cadel Evans is de oom waarvan je je na het verjaardagsfeest afvraagt of hij er nou ook was. Kortom, Cadel Evans is een ideale kandidaat voor het podium.

Outsider
Toch was het voorheen in de Tour altijd nét niet. Hij werd twee keer tweede in het eindklassement, maar de afgelopen edities wilde het niet lukken. In 2009 reed hij een zwakke Tour, in 2010 droeg hij nog wel de gele trui, maar gooide een elleboogbreuk roet in het eten. Dit jaar begon Evans de Tour als outsider, maar zie wie er twee dagen voor Parijs te voorschijn kwam als kansrijkste kandidaat voor het hoogste treetje: juist ja.

Eindelijk, eindelijk. Cadel Evans brak vandaag op overtuigende wijze de ban. Hij gaat de Tour te winnen. Op weinig plaatsen in de wereld zullen fans zingend de straat opgaan of met vlaggen zwaaien, maar Evans schrijft als eerste Australische Tourwinnaar wel degelijk geschiedenis. Een saaie man wint een enerverende Tour. Daar schuilt ergens wel iets moois in.