ThePostOnline

Het onaantastbare recht op wapens?

18-04-2012 13:00

Als je erover nadenkt is het eigenlijk best wel een mysterie waarom Amerikaanse politici niets doen om de toegang tot dodelijke wapens te beperken. Afgevaardigde Gabrielle Giffords en de onbewapende zwarte jongen Trayvon Martin zouden niet zijn neergeschoten als hun daders geen pistolen hadden. Je zou denken dat na deze vreselijke incidenten een groot debat over wapens gevoerd zou worden. Maar het bleef helemaal stil in Washington over dit onderwerp. Sterker nog, Republikeinen blijven zich profileren op hun steun voor wapens. Vorige week gaf Mitt Romney een paaiende speech op de conferentie van de machtige lobby-organisatie voor wapens, de National Rifle Association (NRA). Is het beperken van het recht op wapens dan zo impopulair? Een blik op de peilingen wijst het tegendeel uit. Toch is de verwachting dat ook deze verkiezingen het onderwerp onbesproken blijft, ook door President Obama. Dat is allemaal vanwege een keiharde politieke realiteit.

Eerst die blik op de peilingen. Daaruit blijkt dat het beperken van wapens op verrassend veel steun kan rekenen. Uit tal van peilingen de afgelopen vijf jaar blijkt dat tussen 45 en 50 procent van de Amerikaanse bevolking strengere wapenwetten steunt. Een ongeveer even groot aantal mensen is er tegen (de rest geeft aan geen mening te hebben). Ter vergelijking, het open stellen van het huwelijk voor homo’s wordt gesteund op dit moment door een kleiner aantal Amerikanen. En daar is het afgelopen jaar wél veel over te doen geweest.

Obama steunt beperking niet
Met die peilingen in je achterhoofd is het nóg opmerkelijker dat President Obama de huidige wapenwetgeving steunt. Tijdens zijn eerste termijn heeft hij geen enkel wetsvoorstel ingediend om dat recht te beperken. Noch heeft de president een intentie daartoe uitgesproken ondanks dat een groot deel van zijn achterban en van onafhankelijke kiezers het met hem eens zou zijn.

De vraag dringt zich op: wat is hier aan de hand? De realiteit is dat Democraten hebben besloten dat het een onderwerp is waarop ze niet kunnen winnen. In tegenstelling tot het homohuwelijk veranderen de peilingen op het gebied van wapens nauwelijks. Een bepaalde groep is vóór beperking, een bepaalde groep tegen en de afgelopen jaren zijn er weinig mensen overgelopen naar een andere groep.

Daar komt bij dat de lobby-organisatie voor wapens zo machtig en rijk is dat geen enkele politicus een gevecht met die organisatie wil aangaan. De NRA mag dan een minderheidsstandpunt vertegenwoordigen, ze doen dat wel met verve. In de politiek geldt nog steeds: een goed georganiseerde en enthousiaste minderheid wint van een slecht georganiseerde en minder fanatieke meerderheid. Nu zal de NRA niet snel Obama steunen – Republikeinen worden meer vertrouwd door de organisatie – maar hij wil voorkomen dat de organisatie hem met al zijn mankracht en geld gaat tegenwerken.

Pas op voor de NRA
Dat overkwam namelijk Al Gore. Zijn nipte verlies van George W. Bush wordt toegeschreven aan zijn strijd tegen wapens. Na de schieting op de school van Columbine verklaarde Gore: “this is a turning point for our country”. Tijdens de presidentsverkiezingen van 2000 verloor Gore zijn thuisstaat Tennessee – de staat die hij jarenlang heeft vertegenwoordigd in het Congres – met slechts 3,86 procent van de stemmen. In die staat voerde de NRA een harde campagne tegen hem. Volgens veel analisten heeft zijn oppositie tegen wapens hem Tennessee gekost. Als hij die staat had gewonnen, had hij (ook zonder Florida) zich Mr. President mogen laten noemen.

Het overkwam ook de Democraten in 1994. Ze verloren toen na decennia aan de macht te zijn geweest de meerderheid in het Huis van Afgevaardigden. Newt Gingrich leidde de Republican Revolution met steun van de NRA die in zuidelijke staten heftig campagne voerde tegen Democraten die voor het beperken van wapenrechten waren.

Wapens zijn een grondrecht
Wat de NRA heeft bereikt is dus heel knap. Maar wat drijft deze fanatieke steun voor het recht op wapens? Voor ons Nederlanders is dat moeilijk te begrijpen. Er zijn immers redelijk wat aanwijzingen dat een beperking van de beschikbaarheid van wapens leidt tot minder moorden.

Bekijk het zo: voor veel Amerikanen is het recht een wapen te dragen net zo belangrijk als het recht op vrije meningsuiting. Niet voor niks, zo redeneren ze, staat het opgenomen in de Bill of Rights, het deel van de grondwet waarin grondrechten wordt opgesomd. Het bestaat niet alleen om je te kunnen verdedigen tegen overvallers, moordenaars en andere criminelen. Het recht een wapen te dragen is een controle op de macht van de overheid. Een overheid met een ongecontroleerde geweldsmonopolie kan vervallen in tirannie. Net zoals het kunnen uiten van een tegengestelde mening, is het recht een wapen te dragen een beperking van de macht van de overheid en dus een garantie voor individuele vrijheid.

Dus net zoals je in Nederland niet voorstelt om het recht op vrije meningsuiting af te schaffen, is het onverstandig om in Amerika het recht op wapens ter discussie te stellen. De NRA zorgt ervoor dat dat een politieke doodzonde is.

Victor Vlam is redacteur van de WarRoom en voerde in 2008 zowel campagne voor Barack Obama als John McCain.